Gezondheidsclaims en botanicals, hoe verder met Europese harmonisatie?
17 augustus 2017De Europese Commissie evalueert op dit moment wat overheden, bedrijfsleven en andere stakeholders willen met de claims voor botanicals – on hold sinds 2010 – om zo tot een voorstel te komen hoe aanvragen voor gezondheidsclaims voor botanicals beoordeeld moeten worden. En bovendien of het gebruik van botanicals in levensmiddelen apart geregeld moet worden. Het is een grote uitdaging om een juridisch robuuste en politiek haalbare oplossing te vinden voor de huidige situatie.
Wat voorafging
Als gezondheidsclaims voor levensmiddelen worden gebruikt, moet voldaan worden aan de Claimsverordening. In 2010 had de European Food Safety Authority (EFSA) een deel van de claimaanvragen voor botanicals beoordeeld volgens de huidige normen voor beoordeling van gezondheidsclaims. Er zou geen enkele geëvalueerde indiening met een positieve beoordeling gehonoreerd kunnen worden. Terwijl medische claims voor traditionele kruidengeneesmiddelen toegelaten worden op basis van traditionele data, werden traditionele data voor de onderbouwing van gezondheidsclaims te licht bevonden. Deze discrepantie leidde ertoe dat de Europese Commissie de beoordeling voor gezondheidsclaims van botanicals liet staken en zich bezon.
Naast de noodzaak van beoordeling van botanical claims, is er een roep om harmonisatie van te gebruiken stoffen in voedingssupplementen. Voor gebruik van vitamines en mineralen is er Europese wetgeving. Voor andere ‘andere’ fysiologisch actieve voedingsstoffen is dit nog niet geregeld.
Harmonisatie gebruik ingrediënten
Als we het gebruik van stoffen, andere dan vitamines en mineralen, in voedingssupplementen willen harmoniseren kan dat met een positieve lijst – een lijst met toegestane verbindingen – of met een negatieve lijst, een lijst met verboden stoffen.
Voor alle stoffen die men door middel van een positieve lijst wil toestaan geldt dat deze beoordeeld moeten worden op veiligheid en biologische beschikbaarheid. Voor kruiden is dat een enorme klus. De veiligheid daarvan is vaak op basis van langdurig gebruik vastgesteld, waarna wetenschappelijke beoordelingen niet meer hebben plaatsgevonden. Als dat dan wel als norm wordt opgelegd, ontstaat een enorme kaalslag én het doet geen recht aan de huidige praktijk, waar zich nauwelijks problemen op dit gebied voordoen.
Bij het vaststellen van een negatieve lijst, worden stoffen beoordeeld op basis van onveiligheid. In Nederland kennen we wetgeving met een dergelijke negatieve lijst voor kruiden. Die zou ingebracht kunnen worden in een ‘Europese negatieve lijst’.
Harmonisatie van het gebruik van botanicals in voedingssupplementen lijkt het meest haalbaar met een wet die gebruikt maakt van een procedure die resulteert in een lijst met verboden stoffen. Gezien de grote verschillen in de EU-lidstaten, is met een dergelijk systeem een geleidelijke harmonisatie te bewerkstelligen. Daarbij kunnen in ieder geval de botanicals op de ‘negatieve lijst in aanbouw’ reeds verboden worden.
Traditioneel gebruik
Traditioneel gebruik berust op ervaring in de medische- of voedingspraktijk en niet op wetenschappelijk bewijs. Het is kennis die we al doende ontwikkeld hebben. Als het gebruik langer dan een generatie, zo’n 25 jaar, bestaat, wordt het meestal als traditioneel beschouwd.
Voor kruidengeneesmiddelen worden deze gegevens toegestaan in het onderbouwen van een medische claim, terwijl voor gezondheidsclaims gegevens over traditioneel gebruik niet gebruik kunnen worden als onderbouwing.
Een simpele oplossing
De ongelijkheid in de beoordeling van traditionele data in de evaluatie van gezondheidsclaims en medische claims is op te heffen door traditionele data toe te staan in de beoordeling van gezondheidsclaims. En dan niet uitsluitend voor botanicals, maar voor alle voedingsstoffen. Denk daarbij aan probiotica, pruimen, biergist of lijnzaad. Hiervoor zijn veel gegevens bij langdurig gebruik. Gelijke monniken, gelijke kappen. Dat is juridisch robuust.
..
Als reactie op de roep om harmonisatie van te gebruiken stoffen in voedingssupplementen is er een simpele oplossing. Vermeende onveilige botanicals kunnen binnen bestaande Europese wettelijke kaders worden verboden voor gebruik. Daar is geen nieuwe wetgeving voor nodig.